Vertrouwen in de toekomst
Onder deze titel hield Mieke Theus haar bijdrage aan de begrotingsbehandeling van de gemeenteraad.
Dit is haar hele bijdrage:
Ik denk: we zitten niet meer in het huidige kabinet, maar pik er toch het motto van mee!
Afgelopen jaren is er heel wat gebeurd in Valkenswaard. We hebben niet stilgestaan of stilgezeten. Er is weer volop gebouwd, waardoor er weer bevolkingsgroei is. Er is gewerkt aan de wegen. Denk daarbij aan het vervelende bochtje en de gehele Europalaan. In 2016 is Valkenswaard Marketing opgericht. Hier worden nu door een stichting de marketingtaken van de gemeente overgenomen. Zij werken samen met Centrummanagement en de VVV en diverse andere partners om Valkenswaard op de kaart te zetten. Dit laatste is een goed voorbeeld van overheidsparticipatie. Hierover later meer.
De muziekschool is op advies van een stuurgroep uit de raad, meer muziek gaan organiseren op de scholen. Hierdoor profiteren meer kinderen in Valkenswaard van het aanbod en de gelden van de gemeente. De plannen voor de nieuwe sporthal zijn vergevorderd.
Door het opstellen van een ambitieus plan de Groote Heide, maken we duidelijk wat onze ambities zijn voor de ontwikkeling van Valkenswaard als recreatieve en toeristische gemeente. We willen graag de achtertuin van Brainport zijn. Waar het goed wonen is voor de inwoners en die dagtoeristen en langverblijf aantrekt vanuit de regio en verder. Onze prachtige groene omgeving is daarbij ons kapitaal! Het is belangrijk dat Eindhoven in 2016 ook is aangesloten, zodat het project steeds meer de status krijgt die het verdient.
Daarbij willen we graag een mooie plek zijn voor jongeren en jonge gezinnen om hun kinderen te laten opgroeien in een veilige en stimulerende omgeving.
De grote transities die de afgelopen jaren hebben gespeeld, WMO, Werk en Inkomen en Jeugd krijgen er nog een uitdaging bij: de Omgevingswet. Met deze transities krijgt de gemeente meer invloed, maar ook een grotere verantwoordelijkheid op deze terreinen. Voor de eerste drie genoemde gebieden zijn we al een paar jaar bezig. De transitie heeft daar al plaatsgevonden. De transformatie, de inhoudelijke uitdaging, staat ook daar nog in de kinderschoenen.
In deze nieuwe begroting voor 2018 zien we duidelijk dat er volop wordt geïnvesteerd in de toekomst van Valkenswaard. Het ziet er in grote lijnen goed uit, maar we zouden geen PvdA zijn als we niet altijd mogelijkheden tot verbetering zien. We willen Valkenswaard op een hoger plan tillen. Daarover het volgende:
Het opleidingsniveau,
Vorig jaar hebben wij bij de begroting gevraagd naar onderzoek naar het opleidingsniveau van de inwoners in Valkenswaard. Dat heeft ook plaatsgevonden. De uitkomsten daarvan waren wel enigszins geruststellend. Het lijkt daarbij dat in de afgelopen jaren er enig herstel is opgetreden. Dat is fijn natuurlijk, maar we moeten blijven opletten en het goed volgen. Uit de teksten bij de begroting zou het beeld kunnen ontstaan dat we moeten zorgen voor werk voor onze inwoners in de vrijetijdssector, omdat hierbij sprake is van relatief arbeidsintensieve werkprocessen voor relatief laaggeschoolden. Een paar zinnen verderop wordt gesproken over het belang van goede recreatieve voorzieningen, voor het aantrekkelijk maken voor jonge gezinnen en hoogopgeleiden. Hieruit zou je de conclusie kunnen trekken dat we eenvoudig werk nodig hebben om onze inwoners aan het werk te houden en de hoogopgeleiden van buiten moeten komen…. College, blijf attent op het opleidingsniveau van onze inwoners en zorg ervoor dat kinderen die opgroeien in Valkenswaard ook alle kansen krijgen om zelf zo goed mogelijk te worden opgeleid. Daag ze uit en bied ze een dynamische omgeving, die zorgt voor een brede ontwikkeling, zodat ze een rol kunnen spelen in het in stand houden en levendig houden van ons dorp. Deze ambitie mag het college echt nog meer uitdragen. De onderwijsparagraaf vinden we wat lauw. Hoewel het stukje over ‘een nieuw geluid’ ons als muziek in de oren klinkt.
Om die omgeving voor jongere kinderen aantrekkelijk te houden dienen we een amendement in met betrekking tot speelruimtebeleid.
Winkelcentrum de Belleman
Eerder hebben wij al aandacht gevraagd voor het winkelcentrum in Dommelen. Op dit moment wordt er fors geïnvesteerd in een mooi kernwinkelgebied in Valkenswaard centrum. De parkeerplaatsen worden groener ingericht en in het centrum worden veel plekken opgeknapt. Wij vinden dat Dommelen ook een mooi en verzorgd centrum verdient. Om dit mogelijk te maken komen wij ook daarvoor met een amendement.
Zorg en Jeugd
De overschrijding van budgetten op de zorg en jeugd worden meegenomen in deze nieuwe begroting. We zien in de raadsinformatiebrief van 12 oktober dat er hard gewerkt wordt om duidelijke afspraken te maken bij de inkoop van jeugdzorg. Inzet is dat u probeert binnen de beperkte mogelijkheden die er zijn de kosten te beheersen en de zorg voor inwoners op peil te houden. Dit lijkt ons een goed streven. Bij de jeugdzorg zien we dat het aantal beschikkingen stijgt. Meer kinderen krijgen extra ondersteuning. Ook hierdoor gaan de kosten natuurlijk omhoog. Is dit nu goed nieuws of slecht nieuws? Ik denk dat we dat eigenlijk nog niet weten. Financieel lijkt het duidelijk: het is slecht nieuws. Dat er zoveel kinderen iets extra’s nodig hebben roept ook veel vragen op. Maar misschien zijn we wel de beste investering ooit aan het doen. Als we nu bij jonge kinderen door wat extra ondersteuning veel problemen op latere leeftijd weten te voorkomen is dat een goede investering! De tijd zal het leren. We vinden overigens op dit punt dat er veel meer innovatieve initiatieven nodig zijn. Daarom komen we met een motie.
Ik zou nog even terugkomen op de overheidsparticipatie:
Het is de laatste begroting van deze raadsperiode. Daarom maak ik van de gelegenheid gebruik om een klein uitstapje te maken, omdat ik denk dat het belangrijk is voor onze toekomst en die van onze kinderen.
Transitie, transformatie, decentralisatie: waar zijn we eigenlijk mee bezig?
Hiervoor verlaat ik Valkenswaard even en kijk ik naar wat er in de grotere wereld aan de hand is. We leven in een spannende tijd. De wereld om ons heen verandert in een tempo dat weinigen nog kunnen volgen. We zitten midden in een overgang waarbij het ene systeem afloopt en een nieuwe manier van organiseren, besturen en samenleven op ons afkomt. Deze overgang levert veel spanningen op: boze, teleurgestelde en wantrouwende burgers. De frustratie dat het bestaande niet meer werkt en het nieuwe nog onzeker en onduidelijk is maakt mensen onzeker en angstig.
In de huidige, nu nog mainstream manier van werken, worden zaken door regels, afspraken en wetten geregeld. Vanuit een strakke organisatie, wie waar over gaat, de hiërarchie, worden deze regels afgesproken en uitgezet. Deze werkwijze heeft heel lang goed gewerkt en voor een grote efficiëntie, groei en welvaart gezorgd. Door enorme veranderingen in de wereld, denk daarbij aan globalisering, opwarming van de aarde, maar ook internet, wordt het steeds moeilijker om de complexiteit van een situatie in een vaststaand genormeerd systeem te vatten. Regels, wetten en normering zijn lang niet altijd meer de oplossing voor het probleem.
Mensen lopen vast in het systeem. Als bijvoorbeeld iemand met een dwarslaesie een aanvraag doet voor een rolstoel, komt er via het systeem, na het invullen van een formulier, een bepaalde standaard rolstoel uit. Soms is dat een prima uitkomst, maar steeds vaker zijn de wensen van de aanvrager net even anders of geheel anders (ook omdat deze aanvrager veel meer informatie tot zijn beschikking heeft dan vroeger). Het oude systeem voorzag niet in een mogelijkheid af te wijken van de standaard, ook al was de voorgestelde oplossing van aanvrager goedkoper. Een ander voorbeeld zijn de klachten uit bijv. thuiszorg dat er meer tijd wordt besteed aan het invullen van de nodige formulieren dan aan de uitvoering van een taak.
Daar waar vroeger bedrijven succesvol waren door een strakke aansturing van boven, komt dit steeds minder voor. Bij steeds meer bedrijven wordt leiderschap gedeeld en worden werknemers betrokken bij het inrichten van het werk. Werknemers worden nadrukkelijk uitgedaagd om mee te denken over verbeteringen op de werkvloer, teneinde de bedrijfsresultaten te verbeteren. Overal om ons heen zien we die verandering.
Gelukkig wonen we in Nederland en onderkent onze overheid de problemen van het inrichten van deze zaken vanuit het “oude” systeem. Daarvoor zijn de transities ingezet. De gedachte daarachter is dat een lagere overheid meer zicht heeft op wat er daadwerkelijk nodig is en zelf mag regelen hoe ze organiseren dat dit zo passend mogelijk wordt ingericht. We zien initiatieven ontstaan in Nederland, die buiten bestaande kaders om, terug naar de bedoeling, gewoon gaan organiseren wat nodig is. De professional de ruimte geven om met de burger te regelen wat nodig is, zonder overbodige rompslomp. Buurtzorg is een voorbeeld van zo’n initiatief.
Hoe gaat het “nieuwe” er dan uitzien, zult u zich afvragen? Dat is best een lastige vraag omdat we dat voor een deel ook nog niet weten, het “nieuwe” is nog aan het ontstaan… Wel zijn deskundigen het eens over een aantal zaken:
• Overheid wordt onderheid
Overheid wordt volgend en niet leidend. Vanuit de gedachte dat in deze complexe maatschappij het niet lukt om bij alle problemen naar de overheid te kijken en af te wachten tot die met een oplossing komt, is het nodig dat burgers zelf de handschoen oppakken en initiatieven ontplooien. Een goede overheid ondersteunt die initiatieven, die een positieve bijdrage leveren (overheidsparticipatie. Voorbeeld: Valkenswaard marketing).
• Wie het weet mag het zeggen!
Het gaat niet meer over de positie van iemand in een bedrijf of organisatie, maar over de kwaliteit en de ideeën die iemand inbrengt.
• Er wordt waarde gecreëerd anders dan alleen geld. Waar geld nog leidend is wordt er steeds meer gekeken naar andere waarden, zoals welzijn.
• Lineaire economie wordt circulaire economie.
• Samen delen wordt het nieuwe hebben.
• We gaan steeds vaker betalen voor gebruik i.p.v. voor eigendom (denk aan Spotify, bijvoorbeeld).
Ik heb zaterdag, zoals elk jaar een kijkje genomen op de designweek. Op uitnodiging van de provincie heb ik een lezing bijgewoond van Harry te Riele. Harry richt zich op systeemveranderingen en wat dit doet met mensen. Ieder mens gaat anders met veranderingen om, maar voor veel mensen is het lastig. Zijn stelling is dat bestuurders de transitie van het ene naar het andere systeem zo moeten inrichten dat dit met zo weinig mogelijk verlies en pijn gebeurt voor alle betrokkenen. We kunnen het uiterste persen uit het oude systeem, bestaande routines, maar uiteindelijk zullen we om moeten.
Wat ik zag op de designweek, heeft me hoopvol gestemd. Jonge ontwerpers die met al hun creatieve en technische talenten nadenken en ideeën produceren om de wereld een stukje beter te maken. De generatie die er aankomt kijkt zo anders naar de wereld. Niet alleen ontwerpen ze mooie producten maar vooral waardevol voor de omgeving. Ze denken na hoe ze omgaan met materiaal en op welke wijze ze bij de productie waarden kunnen creëren voor de mensen die het product maken. Zo zijn er ook steeds meer studenten die afstuderen als social designer. Zij kijken naar sociale vraagstukken en komen met creatieve ideeën om daar richting aan te geven. Wij vinden dat we die kracht ook in Valkenswaard moeten inzetten en hebben daarvoor een motie over innovatie in het sociale domein.
Terug in Valkenswaard, 10 kilometer ten zuiden van Eindhoven, lijkt er soms een wereld tussen te zitten. Het is aan ons als gemeente, raadsleden, college en ambtenaren om richting te geven aan de omslag die nodig is. Steeds vanuit het perspectief dat we onderweg niemand kwijt willen raken en verbonden willen blijven met elkaar en vooral onze inwoners. Maar zorg ervoor dat ook ons dorp aanhaakt bij deze ontwikkelingen. Het initiatief waarbij een groep inwoners, maar ook mensen die nog niet in Valkenswaard wonen, heel graag willen wonen in zogenaamde “tiny houses” is een mooie testcase. Je kunt daarnaar kijken vanuit het “oude” systeem. Dat het niet kan, het moet wel binnen alle bestaande regels passen, krijgen we dan weer een woonwagenlocaties terug? Je kunt ook kijken vanuit het “nieuwe” perspectief, veel jonge mensen die in actie komen, die iets willen bijdragen, die kritisch nadenken over hoe ze willen wonen en wat dat betekent voor energiegebruik en het milieu. Die graag de touwtjes zelf in handen willen nemen. Ik hoop van harte op dat laatste: geef dit soort initiatieven de ruimte en zie het als een kans om te leren als gemeente hoe we hier mee om kunnen gaan. Benader het betrokken en nieuwsgierig. Neem het initiatief niet over en kijk dan wat er kan ontstaan. Dit zou een mooi voorbeeld zijn, hoe we in de toekomst om kunnen gaan met de nieuwe omgevingswet.
Wij vertrouwen op de toekomst, willen graag werken aan een steeds mooier dorp en zorgen ervoor dat we verbonden blijven met elkaar, maar ook met de ontwikkelingen in de wereld om ons heen.